KinderKunstClub

Licht en Schaduwspel

tu

 

TOVERLICHT

Workshops:

Schoolprojecten:

OCCInIt  

El Kadisia 2008

 

Fabel 4a   Sprookje 4b   Heldenverhaal 5

 

TOVERLICHT

Een levend prentenboek in beeld en geluid.

Twee begeleiders geven afwisselend 7 klassikale lessen van 80 minuten onder schooltijd.

Er doen in totaal 65 kinderen mee van groep 4a, 4b en 5 van de Islamitische Brede School El Kadisia.

Met een geselecteerd groepje van 15 kinderen wordt na schooltijd de voorstelling ingestudeerd (5 lessen van een uur) en uitgevoerd in de van Eesterenzaal in Amsterdam Slotervaart.

De voorstelling bestaat uit verhaal-, beeld- en geluidsmateriaal die tijdens de projectlessen gemaakt zijn.

Doel van het project is kinderen bewust maken van verschillende verhaalvormen en die spelenderwijs te laten ontdekken, uitbeelden en verbeelden.

Voor dit project gaan we uit van verschillende verhaalvormen zoals Gedicht, Fabel, Sprookje, Ridder- en Heldenverhaal. Dit in het kader van erfgoed en algemene ontwikkeling. Veel (allochtone) kinderen kennen deze verhalen niet. Er wordt nauw samengewerkt met de leerkrachten en voorleesvrijwilligers. Elke klas krijgt een lesboek met opdrachten dat gaandeweg wordt aangevuld met verhalen en foto's van de gemaakte opdrachten.

De kinderen gaan zelf een verhaal bedenken en schrijven in een van de besproken verhaalvormen. Deze verhalen worden ontwikkeld tegelijk met de door hun gemaakte lichtbeelden. Door het gebruik van muziek en geluid (projectlied, gesproken woord, omgevingsgeluiden en eenvoudige zelfgemaakte instrumenten) krijgt het beeldverhaal ook een geluidsverhaal.

Taal wordt op een manier benaderd waarbij de kinderen hun eigen creativiteit ontwikkelen. Door taal te visualiseren wordt die tastbaarder, hanteerbaarder en onderdeel van het verhaalspel.

Verschillende disciplines werken samen om de beeldende, muzikale ontwikkeling en taalvaardigheid van kinderen met een taalachterstand spelenderwijs en door zelfonderzoek te stimuleren. Beeld, geluid, woord en verhaalspel worden met grote analoge projecties tot een groot levend prentenboek samengebracht. We maken hierbij gebruik van toverlantaarns, dia- en overheadprojectoren. De kinderen moeten elk onderdeel van deze productie zelf maken, ontdekken uitvoeren en presenteren.

TOVERLICHTJE

Tijdens de eerste projectles was er een korte (voorbeeld) voorstelling te zien van Toverlichtje, een verzonnen verhaal speciaal voor de kinderen van de El Kadisia school gemaakt.

Zo werd het de kinderen en hun leerkrachten duidelijk wat de bedoeling zou zijn van het schoolproject Toverlicht, alle aspecten en handelingen kwamen kort en zichtbaar aan de orde.

Dit prikkelde gelijk al het enthousiasme en de fantasie voor de eerste klassenopdracht.

Het verhaal gaat als volgt:

 

Er was eens een tovervisje.

Die was heel speciaal want dat tovervisje gaf licht.

Ze noemden hem Toverlichtje.

Alle andere visjes waren zo zwart als de schaduw.

Alle visjes leefden in het moeras.

Alle visjes waren heel blij met Toverlichtje want, je raad het al, door Toverlichtje konden ze in het donkere moeras zien.

Als moedervis ergens naar toe moest, riep ze altijd Toverlichtje om haar de weg te wijzen.

Toverlichtje had niet altijd zin om anderen te helpen, hij ging graag alleen op onderzoek uit, dan liet hij zijn licht schijnen op andere dingen.

Op een dag dwaalde Toverlichtje verder van het moeras af en hij zag nog meer lichtjes.

“Zijn jullie ook lichtvisjes?” Vroeg Toverlichtje.

Hij hoorde geen antwoord dus zwom hij dichter naar de lichtjes toe. Het werden er steeds meer.

Plotseling gebeurde er iets heel vreemds, hij zag zwart voor de ogen en hapte naar adem.

Hij kon daar niet zwemmen, er was daar geen water.

“Hoe doen jullie dat?” Vroeg hij aan de lichtjes.

“Sse kunnen niets seggen, jij kunt se niet versstaan.” Siste iets….

Een lange dikke pratende tak golfde door het water.

Toverlichtje schrok zo erg dat hij stokstijf stil staand stamelde. “Wie bent u?”

“Ik ben de Sowiesoslang en ik kan se wel an, ik kan se wel an.”

“Ik hou van sslagroomssoesjess. Ik wil ssmullen. Ik heb er wel honderd bessteld bij de sslagroomssoessjessbakker .”

Toen Toverlichtje van de schrik bekomen was stamelde hij: “Is er dan een feestje?”

“Een feestje, een feestje? Ik vier een grooot feesst want ik heb de sslangensslalon gewonnen met watersskiën. Een groot feest met veel sslagroomssoesjess en een heleboel feesstlichtjess”. Jij bent toch ook een feesstlichtje?”

“Nee, ik ben Toverlichtje en ik wil graag met die andere lichtvisjes spelen, maar ik kan ze niet verstaan. Kunt u mij helpen?”

“Sasasa sliste de slang, dat sijn helemaal geen lichtvisjess, dat sijn dwaallichtjess, die vliegen door de lucht. Ze komen ook naar mijn feestje. Kom jij ook? Het is in de moerassplass, kom maar mee!”

“Maar daar woon ik”, zei Toverlichtje blij want hij was, eerlijk gezegd, een beetje verdwaald door de dwaallichtjes. 

In de moerasplas was het al een drukte van belang.

Ali de garnaali was er en Saartje het zeepaardje.

Toverlichtje sprong door de lucht en danste met de dwaallichtjes als vuurwerk in de lucht.

Blub de gup gaf een deftige toespraak.

“Hoera voor Sowieso, de slimste en snelste slang van de hele moerasplas.”

“En nu geen smoesjes, voor iedereen zijn er slagroomsoesjes!”

En allemaal leefden ze nog lang en gelukkig…

Amsterdam, 1 april 2008.

geschreven en gespeeld door:

Marie Raemakers en Rob Logister

schaduw- en lichtbeelden van Ida Lohman en Marie Raemakers

geluid en muziek van Axel Schappert

p